Autofabrikanten zadelen kopers met duizenden euro extra kosten op

25.03.2013

Autofabrikanten manipuleren de officiële tests en creëren zo een steeds grotere kloof tussen het verbruik van hun auto's op papier en het werkelijke verbruik op de weg, stelt T&E in hun rapport het rapport 'Mind the Gap! Why official car fuel economy figures don’t match up to reality.'

 

 

Bedriegelijke communicatie

De verbruikscijfers die autofabrikanten publiceren en communiceren aan hun klanten liggen gemiddeld 23% lager dan het werkelijke verbruik. Om tot die resultaten te komen vergeleek T&E testresultaten van fabrikanten en die van een onafhankelijk laboratorium voor zes nieuwe standaard auto’s. Voor de kopers van die auto’s betekent dat gemiddeld 2.000 € extra brandstofkosten verdeeld over de levensduur van de auto.

Ook de beleidsmakers komen bedrogen uit: de auto’s stoten op de weg veel meer CO2 uit dan op basis van de huidige testcyclus aangenomen wordt, waardoor het moeilijk wordt een pad uit te stippelen om de Europese doelstellingen te halen.

 

Truken van de foor

De creativiteit van de producenten kent geen grenzen om de testresultaten te beïnvloeden:

  • De spleten rond deuren, roosters en brandstofdop worden afgeplakt
  • Te hard opgeblazen banden
  • Aangepaste wielen en remmen die voor minder rolweerstand zorgen
  • Minder wrijving door speciale super-smeermiddelen
  • Geminimaliseerd gewicht van de auto
  • Testen op hoogte, met onrealistisch hoge temperaturen en op super gladde testcircuits
  • Uiteraard wordt geen energie omgeleid naar energievretende niet-essentiële onderdelen zoals radio, verwarming, airco of gps
Testcyclus manipuleren

Geen achterpoortjes of supercredits

In de Europese wetgeving zijn verschillende doelstellingen opgenomen betreffende een CO2-waarde voor de hele vloot van een autoconstructeur. Tegen 2020 moet de gemiddelde CO2-uitstoot, over de hele vloot, beperkt worden tot 95 gram CO2/km. Door de zogenaamde ‘supercredits’ (waarbij de verkoop van een wagen met CO2-uitstoot <35g CO2/km vermenigvuldigd wordt met een factor) wegen elektrische voertuigen, die in theorie geen CO2-uitstoot hebben, zwaarder door dan een ‘normale’ wagen. Kort samengevat: door supercredits zou een producent voor elke elektrische wagen 1,3 wagens (en volgens het supercredit van 2013 zelfs 3,5 wagens) met een uitstoot van 190 g CO2/km mogen verkopen.